Netcongestie? Een oplossing uit de praktijk

Regelmatig stellen (potentiële) opdrachtgevers ons de vraag: hoe gaan jullie om met netcongestie? Het antwoord is niet altijd eenvoudig, maar Sjoerd Verhagen, plantontwikkelaar in Rosmalen, vond voor project Zwijsen II/gebouw C (in Tilburg) een passende oplossing.

In de Tilburgse Spoorzone starten we binnenkort met de bouw van Zwijsen II/gebouw C. Dit pand bestaat uit 2950 vierkante meter kantoorruimte (verdeeld over vier verdiepingen) met daarboven 96 appartementen over 12 bouwlagen. Voor de kantoren was 3 x 80 ampère beschikbaar. Maar om op de piekmomenten te voorzien in elektriciteit voor apparatuur, ventilatie en warmte/koude was het dubbele nodig. Een grotere aansluiting was echter geen optie in verband met netcongestie.

Plan B: betonkernactivering

Sjoerd: “Zodra we wisten dat we het met deze relatief kleine stroomvoorziening moeten doen, ontwikkelden we een plan B. Dat deden we samen met ons vaste adviesbureau dat veel ervaring heeft met netcongestie. Betonkernactivering in combinatie met een accupakket bleek de oplossing te zijn.”

“Bij betonkernactivering wordt de massa van betonnen vloeren en plafonds gebruikt om een gebouw te verwarmen of koelen. Water – dat door leidingen stroomt die verwerkt zijn in het beton in plaats van in een dekvloer – zorgt ervoor dat de kern van het gebouw ’s nachts wordt opgewarmd of afgekoeld. Overdag geeft het beton de opgeslagen warmte of koelte geleidelijk af, waardoor de behoefte aan actieve verwarming of koeling overdag minder groot is. En zo wordt de energiebehoefte in de daguren beperkt volgens het principe flatten the curve,” aldus Sjoerd.

Een slim accupakket, zonnepanelen en geïsoleerd glas

Om gegarandeerd te kunnen voldoen aan piekbehoefte, wordt er ook een accupakket toegevoegd aan de installatie. “Deze accu is voorzien van een energiemanagementsysteem dat is aangesloten op het gebouwbeheersysteem zodat er interactie is tussen vraag en aanbod. Daarnaast werken we met warm- en koudwaterbuffervaten om gedurende de dag naregeling te kunnen voorzien. Die buffervaten worden in de nacht gevuld en overdag op afroep gebruikt. We denken niet dat ze nodig zijn, maar we kunnen er wel op terugvallen. Op het dak komen zonnepanelen die ervoor zorgen dat de installatie op zonnige dagen over extra power kan beschikken. Daarnaast is de gebouwschil goed geïsoleerd (wanden Rc 6 en Uw<1,0) en – met name de kozijnen – zijn voorzien van beter glas om de koellast en verwarmingsvraag te verlagen (Ug 0,5, ZTA 0,3).”